Wordt een (gefixeerde) schadevergoeding bij onregelmatige opzegging aangemerkt als uitkering wegens beëindiging van het dienstverband en, zo ja, is die dan gemaximeerd door de WNT?
Bij opzegging van een arbeidsovereenkomst zonder inachtneming van de voor de werkgever geldende opzegtermijn (onregelmatige opzegging), heeft de werknemer recht op de zogenoemde gefixeerde schadevergoeding (artikel 672, elfde lid, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek (BW)). Deze schadevergoeding kan voortvloeien uit een rechterlijke uitspraak maar ook uit beëindigingsafspraken tussen partijen. Dat maakt verschil voor de kwalificatie in het kader van de WNT.
Afspraak tussen partijen
Voor zover partijen bij, in het kader van of naar aanleiding van de beëindiging van het dienstverband van de topfunctionaris een gefixeerde schadevergoeding bij onregelmatige opzegging overeenkomen, merkt de WNT deze schadevergoeding aan als een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband, tenzij sprake is van een bij of krachtens de WNT bepaalde uitzondering op het begrip uitkering wegens beëindiging van het dienstverband. Gemaximeerd door de WNT (artikel 2.10, eerste lid, of 3.7, eerste lid, WNT) is kortgezegd een schadevergoeding wegens onregelmatige opzegging voor zover deze meer bedraagt dan de bezoldiging over de opzegtermijn die rechtstreeks, dwingend en eenduidig voortvloeit uit een algemene bepaling van een collectieve arbeidsovereenkomst of van een van toepassing zijnde collectieve regeling die is overeengekomen met verenigingen van werknemers of ambtenaren die bevoegd zijn afspraken te maken over arbeidsvoorwaarden, of uit een wettelijk voorschrift (artikel 10d, eerste en tweede lid, Beleidsregels WNT in combinatie met artikel 4, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT). De volgende voorbeelden maken duidelijk wat hiermee is bedoeld.
Voorbeeld A. In de arbeidsovereenkomst van een topfunctionaris is een wettelijke opzegtermijn voor de werknemer van drie maanden overeengekomen, en voor de werkgever een opzegtermijn van negen maanden (drie keer de voor de werknemer geldende opzegtermijn). Dan mag uitsluitend de bezoldiging over de wettelijke opzegtermijn (in dit geval op grond van artikel 672, achtste juncto vierde lid, Boek 7 BW twee keer de voor de werknemer geldende opzegtermijn, dus zes maanden) via de schadevergoeding buiten de normering van de WNT blijven en is het meerdere (negen min zes is drie maanden) gemaximeerd op grond van de WNT.
N.B. Als in de arbeidsovereenkomst is vastgelegd dat voor opzegging door de werknemer een opzegtermijn geldt van langer dan de wettelijke opzegtermijn van één maand (artikel 672, vierde lid, Boek 7 BW), dan geldt voor de werkgever een wettelijke opzegtermijn die het dubbele is van de opzegtermijn voor de werknemer (artikel 672, achtste lid, Boek 7 BW). Het deel van de overeengekomen schadevergoeding dat daarboven uitgaat, is voor de WNT een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband die door de WNT wordt gemaximeerd.
Voorbeeld B. Op een topfunctionaris is rechtstreeks, dwingend en eenduidig een cao voor werknemers van toepassing (N.B. dat is niet het geval als een cao geldt via een bepaling in de arbeidsovereenkomst) en uit die cao vloeit voor de werkgever een opzegtermijn voort die langer is dan de wettelijke opzegtermijn. Dan is de schadevergoeding uitgezonderd van het begrip uitkering wegens beëindiging van het dienstverband voor de WNT tot het maximum van de bezoldiging over die bij de cao bepaalde opzegtermijn; het meerdere vormt een (te verantwoorden) uitkering wegens beëindiging van het dienstverband en is dus gemaximeerd op grond van de WNT.
Rechterlijke uitspraak
Voor zover de betaling van een gefixeerde schadevergoeding bij onregelmatige opzegging voortvloeit uit een rechterlijke uitspraak en die betaling overschrijdt het maximum op grond van de WNT, dan is het meerdere niet onverschuldigd betaald (artikel 1.6, tweede lid, WNT in combinatie met artikel 10d, derde lid, Beleidsregels WNT 2025).